De leugen en het succes

Vanitas Pinokio, by RaySys

Gisteravond werd ik geïnterviewd tijdens De Tekstsmederij in het Rozentheater in Amsterdam. Ik werd hiervoor een week geleden gevraagd, het ging om een kort interviewtje,  ze wilden even horen hoe het was gegaan sinds eerdere Tekstsmederij-avonden, waar scènes werden gelezen uit mijn toneelstuk Nachtlicht.

Nou was er sinds die lezingen eigenlijk niet zoveel gebeurd, ik had niks spannends te vertellen. Mijn eerste gevoel was: o jee, ik moet snel iets regelen, een afspraak met een dramaturg of regisseur, zodat ik kan laten zien dat er schot in de zaak zit. Maar ik had net vakantie, ik had geen zin om het te forceren. Toch wilde ik iets doen met dat korte interviewtje. Er zit een zaal vol publiek naar je te luisteren, en publiek moet worden vermaakt. Dus verzon ik iets. Ik koos voor de leugen. Ik vertelde het tegenovergestelde van wat er was gebeurd. Ik vertelde dit:

‘Het is heel goed gegaan sinds De Tekstsmederij… ik ben inmiddels gebeld door twee belangrijke toneelgezelschappen die mijn toneelstuk allebei willen spelen, en die hebben aangegeven dat ze, ondanks de cultuurbezuinigingen, hun nek willen uitsteken en willen investeren in nieuwe Nederlandse toneelschrijvers.’

Meteen daarna heb ik gezegd dat het niet waar was, dat dit het droomscenario was. Jammer dat ik de leugen niet langer heb volgehouden. Iedereen geloofde me namelijk. Het publiek leek even zijn adem in te houden. Later hoorde ik van iemand dat dat komt doordat je als publiek graag wilt geloven in de droom, in het succesverhaal. En ik vond het zelf ook fijn om een succesverhaal te vertellen. Dat is toch leuker dan de waarheid, in dit geval.

Ik wilde een statement maken, voor wat het waard is. Mijn leugen, het droomscenario, en de ingehouden adem van het publiek, zeggen iets over de kansen van jonge toneelschrijvers in Nederland. Die zijn bijzonder klein. Toneelgezelschappen spelen op dit moment allemaal op safe, ze doen klassiekers, grote namen en bewerkingen van bestsellerboeken. Er is geen ruimte voor experiment of risico’s. In het licht van de cultuurbezuinigingen is het te begrijpen, hoewel de grote gezelschappen volgens mij niet zoveel te vrezen hebben. Kwalijker vind ik dat er weinig nieuwsgierigheid is naar teksten van nieuwe Nederlandse toneelschrijvers. Er is weinig nieuwsgierigheid bij gevestigde regisseurs, dramaturgen en producenten. En bij het publiek. Het Nederlandse publiek kiest voor veilig: de toneelbewerking van Het diner of In ongenade, of Vondels Gijsbrecht van Aemstel. Ik weet niet hoe de situatie in het buitenland is, of toneelschrijvers daar meer kansen krijgen. Ik zou graag zien dat er verandering in kwam, hier. Mijn droomscenario voor de nabije toekomst: er is een kruisbestuiving tussen gevestigde makers en jonge schrijvers. Artistiek leiders en producenten worden wakker, raken bloednieuwsgierig naar nieuwe teksten en zijn niet te bang om samen te werken met (nog) onbekende schrijvers. En het publiek is er als de kippen bij als er een nieuw toneelstuk wordt gespeeld.

Misschien moet ik wat vaker liegen. Je weet nooit wat het oplevert.

 

 

This entry was posted in Nieuws, Theater. Bookmark the permalink.

Geef een reactie

Jouw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.